vorige opera      volgende opera


Il Trionfo del Tempo e del Disingfanno
(1707)
oratorium in twee delen


George Frideric Handel
libretto Benedetto Pamphili


Festival international d'art lyrique d'Aix-en-Provence

Le Concert d'Astrée o.l.v. Emmanuelle Haïm
Regie Krysztof Warlikowski






Georg Friedrich Händel

 





bestellen cd/dvd
     




Bellezza
Piacere
Disinganno
Tempo

Sabine Devieilhe
Franco Fagioli
Sara Mingardo
Michael Spyres















     
 

Achtergrond

Il trionfo del Tempo is Händels allereerste oratorium (wereldpremière in 1707) en moet niet verward worden met zijn latere bewerking in het Engels, waarvoor de componist het woord ‘desillusie’ verving door ‘waarheid’. Het verhaal is simpel: Plezier probeert Schoonheid weg te houden van Tijd en Desillusie, waardoor Schoonheid gedurende twee aktes in wanhopige toestanden verkeert. Dat het libretto door een kardinaal geschreven is, blijkt duidelijk uit de prekerige toon.

In een aaneenschakeling van aria’s, duetten en recitatieven wordt gezongen over verleiding en waarheid. Dat kan op een gegeven moment eentonig gaan klinken, maar deze enscenering creëerde met zinderende popbeelden op het podium een opzwepend contrast met de muziek.

Warlikowski staat bekend om zijn provocerende producties. Soms worden die als vulgair gezien, maar hier hield hij zich in. Dat hij een contrast zocht tussen de oude muziek en het hedendaagse nachtleven, werd meteen duidelijk tijdens de openingssonate, waarin een jongeman uitdagend over het toneel danste. Later zouden we hem met een bloedneus, overleden aan een overdosis, op het toneel zien liggen. Geprojecteerde beelden van pillen slikkende, feestende jonge schoonheden voorspelden verder de teloorgang van Schoonheid.

Het decor bestond uit een bioscoopzaal, in tweeën gedeeld door een doorzichtige catwalk met dansende jeugd. Eén voor één namen stijlvol geklede jongeren plaats en staarden naar het publiek. Gezien het oudere operapubliek leek Warlikowski ons in de rollen van tijd en desillusie te willen plaatsen, tegenover de schoonheid op het podium. Kijken we jaloers of met medelijden? Willen we uiteindelijk het liefst jong blijven en mooi zijn? Te midden van het chique Franse publiek scherpe vragen.

Bron: David Pinedo, www.operamagazine.nl 9 augustus 2016

Händel nam het nummer Lascia la spina mee naar Rome uit Hamburg, waar hij het eerder gebruikte als dansstuk in zijn opera Almira. Het beviel zo goed dat hij de aria later nog eens inzette in zijn opera Rinaldo.

Tot Händels reisbagage hoorden ook Voglio cangiar en Crede l'uom, aria's die in oorsprong helemaal niet van Händel waren maar van de Duitser Reinhard Keiser. De pikkertjes zijn als vanzelf tot sierlijke Händel geworden.
Grote, gedragen Händel zit in de altaria Piú non cura. Flitsende Händel is te vinden in de tenoraria È ben folle (de Tijd); nog schitterender in Un pensiero nemico, waarin Schoonheid de tijd uitlacht. Van bijzondere schoonheid is Schoonheids slotaria Tu del Ciel, waarin de ziel ten hemel vaart in de vorm van Arcangelo Corelli - althans in een ijle solovioolpartij.

Een aparte voetnoot zit in een Sonata in deel 1. Het kan niet anders of de jonge Händel heeft hier zichzelf in beeld gebracht als speler. Het is een mini-orgelconcert, volgend op de woorden: 'Wat hoor ik daar?'. En gevolgd door de zinsnede: 'Een sierlijke jongeman'. Nu weten we waar Hitchcock dat trucje vandaan had.

Bron: Roland de Beer, De Volkskrant, 26 juli 2007

Synopsis

EERSTE DEEL
De allegorische figuur Bellezza (Schoonheid) bekijkt zichzelf in een spiegel, vol twijfels over hoe lang ze nog van haar charmes kan genieten. De fluisteringen van Piacere (Plezier) verjagen aanvankelijk haar zorgen, maar Tempo (Tijd) en Disinganno (Ontgoocheling) strijden om schoonheid te in het "ware genot" van een onthouding te brengen.
De argumenten veranderen snel na elkaar: Piacere prijst de onzorgvuldigheid van de jeugd, Tempo schildert de gruwelijke gevolgen van vergankelijkheid, terwijl Disinganno de weg naar de deugd wijst. De centrale scène van het eerste deel is gewijd aan de wereld van het plezier. Bellezza is onveilig gemaakt omdat Tempo en Disinganno - ondanks alle beloften van Piacere - er steeds weer in slagen haar aan het denken te zetten met hun argumenten.

TWEEDE DEEL
Tempo onthult Bellezza het rijk van de waarheid. In eerste instantie sluit Bellezza haar ogen, maar steeds sterker wordt ze geconfronteerd met de gedachte aan haar vergankelijkheid. Ze doet afstand van alle sieraden, vernietigt de bedrieglijke spiegel die haar eeuwige schoonheid belooft en vervloekt het feit dat ze ooit plezier heeft gekend. Als non wil ze haar leven eenzaam beëindigen in een afgelegen klooster. In haar afsluitende aria vraagt ze de gekozen ambassadeur van de hemel om hulp.