|
Dardanus, zoon van Jupiter
en Elektra
Teucer, koning van Phrygië
Iphise, dochter van Teucer
Anténor, prins van Phrygië
Isménor, magiër en priester
van Jupiter
Venus
Cupido
Bellone
een herder
een herderin
een droom
|
|
Reinoud van Mechelen
Nahuel di Pierro
Gaëlle Arquez
Florian Sempey
Nahuel di Pierro
Karina Gauvin
Katherine Watson
Katherine Watson
Etienne Bazola
Katherine Watson
Virgile Ancely, Guillaume
Gutiérrez, Katherine Watson
|
|
Achtergrond
Dardanus
In de Griekse
mythologie is
Dardanus de zoon van Jupiter en Elektra. Vanuit
zijn geboorte-eiland
Samothrace stak hij op
een vlot over naar Klein-Azië en waar hij aan de
voet van het
Idagebergte op een
stuk land dat hij de plaatselijke koning
Teucer had
gekregen een stad stichtte die hij
Dardania noemde,
gelegen aan de
Hellespont (vandaar de
naam
Dardanellen).
Vergilius gebruikt in
zijn
Aeneis
herhaaldelijk de woorden
Dardania voor
Troje,
Dardanides voor koning
Priamus en
Dardanidae voor Trojanen, waarmee hij
refereert aan deze legendarische voorvader.
.In het libretto van
Charles-Antoine Leclerc de La Bruère (1716-1754)
is Dardanus een vijand van
Teucer die verliefd is op zijn dochter Iphise.
Work in
progress
Jean-Philippe
Rameau (1683-1764) schreef de opera in 1739. Het
werd niet echt een succes, mede omdat men vond
dat de librettist er geen sterk verhaal van had
gemaakt. Desondanks herschreef Rameau vijf jaar
later grote delen van de opera voor een nieuwe
uitvoering. Dit was een gangbare praktijk. Het
was normaal dat een componist bij een
heruitvoering de muziek aanpaste aan de nieuwe
solisten en delen herschreef, waaronder ook het
libretto. Overigens werd de opera pas een succes
bij de heropvoering in 1760.
In de versie van 2015 door Ensemble Pygmalion
zijn dirigent Raphaël Pichon en regisseur Michel
Fau uitgegaan van de versie uit 1739 met
aanvulling van enkele delen uit de versie van
1744.
|
|
Synopsis (versie
1739)
Proloog.
Cupido en de Gratiën zingen en dansen voor
Venus totdat de godin van de Jaloezie de
vieringen verstoort. Venus wil haar gevangen
laten nemen, maar Cupido en de Gratiën vallen in
slaap. Daarna vertelt Venus het verhaal van
Dardanus.
Akte 1
In de openingsaria betreurt Iphise dat ze
verliefd is op Dardanus, de doodsvijand van haar
vader Teucer, koning van de Frygiërs. Deze heeft
een verbond gesloten met Prins Anténor die
in ruil daarvoor Iphise ten huwelijk krijgt.
Terwijl de Frygiërs feest vieren, vraagt Iphise
de tovenaar Isménor om hulp.
Akte 2
Isménor bezingt zijn macht om de toekomst te
voorspellen. Hij is verbaasd wanneer Dardanus
arriveert op vijandelijk gebied. Als een
priester van Jupiter blijft hij echter trouw aan
diens zoon. Hij geeft Dardanus zijn toverstaf
die hem zal de mogelijkheid geeft in andere
gedaanten te verschijnen. Dardanus gebruikt de
spreuk net voordat Iphise arriveert. Ze denkt
Isménor voor zich te hebben en bekent dat ze
verliefd is op Dardanus. Deze laat zijn ware
gedaante zien en beide verklaren elkaar de
liefde. Op de achtergrond is reeds het
oorlogsgeluid te horen.
Akte 3
De Frygiërs hebben Dardanus verslagen en
hem gevangen genomen. Anténor bemerkt dat Iphise
niet van hem houdt. Dan blijkt een draak te zijn
losgebroken die het land bedreigt. Anténor
belooft het monster te doden.
Akte 4
Venus redt Dardanus in haar vliegende
wagen. Ze neemt hem mee naar de kust waar drie
dromen hem in slaap wiegen en hem oproepen
Anténor te helpen het monster te bestrijden.
Dardanus doodt de draak, maar laat dit Anténor
niet weten.
Akte 5
Het volk denkt dat Anténor hen heeft gered
maar de komst van Dardanus bevestigt de ware
identiteit van de Drakendoder. Onder invloed van
Venus en Hymen, de god van het huwelijk, staat
Teucer zijn dochter toe om met Dardanus te
trouwen. Eind goed, al goed zoals blijkt uit de
monumentale slotchaconne.
|